Aansluiting BDB (inclusief BKE) op onderwijs- en personeelsbeleid
Doelgroep/toelatingseisen
Beleid ten aanzien van nieuwe docenten
Iedere nieuwe docent volgt het BDB traject, tenzij docenten reeds een onderwijsbevoegdheid hebben. Meestal volgt de docent het traject bij de opstart (na 3 maanden), soms na 1 jaar.
Beleid ten aanzien van zittende docenten
Zittende docenten volgen het traject alleen als zij nog geen onderwijsbevoegdheid hebben.
Didactische bekwaamheid
De hogeschool hanteert bepaalde criteria om de didactische bekwaamheid van nieuwe en zittende docenten vast te stellen: er wordt gekeken of de docent een eerste- of tweedegraads bevoegdheid of een Basis Kwalificatie Onderwijs heeft behaald.
In overeenstemming met het landelijke protocol BDB vindt erkenning plaats van een behaald BDB-certificaat bij een andere hogeschool.
Er zijn geen docentfuncties waarvoor het niet noodzakelijk is een BDB traject te volgen.
Intake
Voorafgaand aan het traject wordt een intake gehouden. Het doel van de intake is om zicht te krijgen op docentcompetenties en –ervaring. De intake vindt plaats in de vorm van een gesprek. De cursusleider neemt de intake af. De leidinggevende heeft geen rol bij de intake.
Maatwerk
Het is mogelijk om voor individuele deelnemers het traject aan te passen. Aanpassingen zijn mogelijk op basis van elders verworven competenties (EVC’s).
Anderstaligheid
Het traject kan nog niet in een andere taal worden gevolgd. Dit is wel in ontwikkeling; het zal dan in het Engels worden aangeboden.
Opzet leertraject BDB (inclusief BKE)
Organisatie
- De portefeuillehouder Onderwijs van het College van Bestuur is eigenaar en eindverantwoordelijk voor het hele traject en de inhoud.
- De afdeling P&O is verantwoordelijk voor de organisatie van het traject.
- Het traject wordt centraal georganiseerd.
- Het traject wordt door een externe partij uitgevoerd, maar het onderdeel BKE wordt uitgevoerd door internen in nauwe samenwerking met de externe partij.
Leerdoelen/bekwaamheid
Het traject is afgestemd op de leerdoelen/bekwaamheid, zoals vastgelegd in het Protocol BDB (doceren, begeleiden van studenten, ontwerpen van onderwijs, toetsen en professioneel docentschap).
Programma
- Het programma bestaat uit een cursus met een aantal groepsbijeenkomsten in combinatie met individuele coaching.
- Er wordt gewerkt vanuit het onderwijsconcept van ervaringsgericht leren.
- De begeleiding in het programma wordt georganiseerd door middel van supervisie door de begeleider en door middel van duo-leren, waarbij iedere deelnemer gedurende het traject samenwerkt met een collega, zijn/haar lessen bezoekt, vragen voorlegt etc.
- De volgende onderdelen komen aan de orde: visie op leren & onderwijs, didactisch model, lesvoorbereiding, lichaamstaal, docentstijl, motivatiestrategieën, leerstrategieën en leerstijlen, breinprincipes, activerende didactiek, toetskwaliteit en PDCA voor een toets.
- De volgende werkvormen worden gehanteerd: digitale didactiek, begeleiden leergroep, coaching, groepsdynamica en toetsontwikkeling.
Duur en omvang
- De totale studiebelasting is 300 uur (50% contacturen en 50% zelfstudie)
- De doorlooptijd is 8 maanden
- Het aantal uren is gelijk verdeel over de verschillende onderdelen
Cursusmateriaal
Het cursusmateriaal bestaat uit vakliteratuur en zelf ontwikkeld materiaal.
Toetsing en beoordeling van de BDB (inclusief BKE)
Toetsing en beoordeling
Er vindt toetsing van het traject op bekwaamheid/leerdoelen plaats. Als formatieve vorm(en) van toetsing worden peer-to-peer assessments met een cursusleider afgenomen. Ook wordt er een eind-assessment afgenomen, waarbij het persoonlijk leerverslag wordt verdedigd. Dit eind-assessment wordt afgenomen door de cursusleider.
Het onderdeel toetsing op basis van de BKE wordt formatief op eenzelfde wijze aangepakt in combinatie met de rest van het traject, maar wordt summatief getoetst in een apart assessment met interne toetsdeskundigen van de HAS Hogeschool. Bij voorkeur voorafgaand aan het eind-assessment.
Het opstellen van een portfolio-onderdeel maakt deel uit van het traject. Onderdelen van het portfolio zijn de visie op onderwijs en leren aan de hand van eigen onderwijs in het opleidingsprogramma en het doorlopen van de toetscyclus met behulp van een zelf gekozen toets.
Certificering
Deelnemers ontvangen een certificaat. Voorwaarde om een certificaat te ontvangen is een positieve beoordeling van de assessments.
Het certificaat heeft geen bepaalde geldigheidsduur.
Het certificaat wordt afgegeven door de HAS hogeschool zelf.
Opzet traject Basis Kwalificatie Examinering (BKE)
Doelgroep / toelatingseisen
Beleid ten aanzien van nieuwe docenten
Iedere nieuwe docent van de hogeschool volgt het BKE traject. Dit gebeurt een jaar nadat de docent in dienst is getreden.
Beleid ten aanzien van zittende docenten
Iedere zittende docent van de hogeschool volgt het BKE traject. Het moment waarop dit gebeurt, is afhankelijk van het opleidingsteam waartoe de docent behoort. Per 1-1-2017 heeft ruim 70% van de zittende docenten de BKE succesvol afgesloten.
Toetsdeskundigheid
De hogeschool hanteert bepaalde criteria om de toetsdeskundigheid van nieuwe of zittende docenten vast te stellen. Hierbij worden de leeruitkomsten van de expertgroep getoetst in een verdediging en een gesprek middels een criterium gericht interview met twee examinatoren Seniorkwalificatie Examinering (SKE) en een collega.
Een BKE certificaat dat behaald is bij een andere hogeschool kan erkend worden na een intake met een SKE-er (Seniorkwalificatie Examinering).
Intake
Voorafgaand aan het traject wordt een intake gehouden. Het doel van de intake is om een kader te scheppen, zodat het traject gestart kan worden. De intake vindt plaats via een nulmeting en een studiedag (wat betreft zittende docenten, inmiddels allemaal uitgevoerd). Voor beginnende docenten vindt de intake plaats tijdens een BDB-bijeenkomst. De intake wordt afgenomen door een beoogd SKE-er (Seniorkwalificatie Examinering) in overleg met het opleidingsmanagement. De leidinggevende heeft een rol bij de intake om de noodzaak van BKE te belichten.
Maatwerk
Het is mogelijk om voor individuele deelnemers het traject aan te passen. Dit gebeurt via een nulmeting voorafgaand aan het traject en als er een specifieke coachingsvraag is naar aanleiding van het doorlopen van de toetscyclus.
Anderstaligheid
Het traject kan op eigen initiatief in een andere taal worden gevolgd, onder voorwaarde dat de SKE-er (Seniorkwalificatie Examinering) die examineert deze taal ook beheerst.
Organisatie
- Het College van Bestuur is eigenaar en eindverantwoordelijk voor het BKE traject.
- De projectleiding en personeelsleden zijn zelf verantwoordelijk voor de inhoud van het traject.
- Het opleidingsmanagement van de teams is verantwoordelijk voor de organisatie van het traject: dit wordt decentraal georganiseerd.
- Het traject wordt door een interne partij uitgevoerd.
Leeruitkomsten / indicatoren
Het traject is afgestemd op de leeruitkomsten en indicatoren zoals vastgelegd in ‘Verantwoord Toetsen en Beslissen in het Hoger Beroepsonderwijs’ (Vereniging Hogescholen, oktober 2013) en gevalideerd door een externe partij. Naast deze leeruitkomsten en indicatoren is ruimte om in de persoonlijke leerontwikkeling van de BKE-er aanvullende leeruitkomsten vast te stellen.
Programma
- Het programma bestaat uit een startbijeenkomst met basiscursus en werkplekleren.
- Er wordt gewerkt vanuit het onderwijsconcept van ervaringsgericht leren.
- De begeleiding in het programma wordt georganiseerd door middel van intervisie met collega’s en supervisie met een SKE-er (Seniorkwalificatie Examinering).
- De volgende onderdelen komen aan de orde: de toetspiramide en toetscyclus met bijbehorende handvaten uit de toetsliteratuur. De volgorde waarin de onderdelen worden behandeld is vrij in te vullen en is afhankelijk van de startvraag.
- Er wordt gewerkt met een portfolio.
Duur en omvang
De studiebelasting is gemiddeld 8-16 uur uur voor zittende docenten en 32 uur voor beginnende docenten, aanvullend op de activiteiten die nodig zijn voor het uitvoeren van de toetsing zelf. De doorlooptijd is een half tot één jaar.
Er is geen vaste verdeling van het aantal uren over de verschillende onderdelen; dit is zelf te bepalen.
In de studiebelasting wordt geen verdeling gemaakt in het aantal contacturen en zelfstudie.
Cursusmateriaal
Het cursusmateriaal bestaat uit literatuur en digitale hulpmiddelen.
Toetsing en beoordeling
Er vindt toetsing van het traject op leeruitkomsten/indicatoren plaats, zoals vastgelegd in ‘Verantwoord Toetsen en Beslissen in het Hoger Beroepsonderwijs’ (Vereniging Hogescholen, oktober 2013).
Als formatieve vormen van toetsing wordt gebruik gemaakt van intervisie en supervisie door een SKE-er (Seniorkwalificatie Examinering).
Summatieve toetsing vindt plaats door middel van een eind-assessment in de vorm van een Criterium Gericht Interview (CGI). Dit assessment wordt afgenomen door twee SKE-ers.
Het opstellen van een portfolio maakt onderdeel uit van het traject. Dit wordt gebruikt als basis van een presentatie bij het assessment.
Certificering
Deelnemers ontvangen een certificaat. Voorwaarde om een certificaat te ontvangen is dat men voldaan heeft aan het Criterium Gericht Interview (CGI).
Het certificaat heeft geen bepaalde geldigheidsduur. Het traject kan naar behoefte van de examinator of leidinggevende worden herhaald.
Het certificaat wordt afgegeven door het College van Bestuur via de opleidingsdirecteur.
Meer informatie
Jan Denissen
CvB-lid
j.denissen@has.nl
terug naar de lijst met hogescholen
Bijgewerkt februari 2017